Het moet maar even uitgelegd worden
Vier jaar geleden begon ik met het schrijven van de stukjes die je op mijn site kunt lezen onder de tab ‘Geen dagboek’. Het eerste jaar waren het er 69 en dit is nummer 77.
Het feit dat ik de afgelopen drie jaar weinig heb geschreven, heeft een aantal oorzaken.
Eerst even uitleggen wat voor soort stukjes (verder: verhaaltjes) ik schrijf. Een deel van de verhaaltjes bestaat uit herinneringen. Uiteraard zijn die herinneringen gekleurd. Ik weet namelijk nog wel wat ik heb gezien toen ik veel jonger was, maar het gevoel daarbij verandert met het verloop van de jaren. Een ander deel van de verhaaltjes schreef ik uit frustratie over bepaalde situaties. Een voorbeeld hiervan is de serie Bevoegd versus bekwaam en het Zwaard van Damocles. Er zijn ook verhaaltjes die voortkwamen uit dagdromen. Door mijn ADHD gaan mijn gedachten en dagdromen alle kanten op. Soms begin ik aan een verhaaltje en dan gaat het net als mijn gedachten een heel andere kant op. 6 januari 2017 (Ik schrijf) en de vorige, Eten en etymologie, zijn daar goede voorbeelden van.
Een aantal verhaaltjes gaat over gebeurtenissen die mij emotioneel raken of hebben geraakt. Morgen is het acht jaar geleden dat mijn vader overleed. Op 3 januari 2017 schreef ik daar een stukje over. Andere voorbeelden zijn de verhaaltjes Yoshi (3 juni 2017) en Nieuwe sok, oude sok (28 september 2018).
Soms schreef ik over actualiteiten, zoals Strips: Jan en Hans in het nieuws (23 januari 2017) of 1984 (17 januari 2018).
De laatste soort verhaaltjes vallen onder de categorie fictie en ontstaan meestal door observaties. Ik zie situaties en verzin daar mijn eigen verhaal omheen. De gedachten die daar vaak aan voorafgaan, zijn het best te omschrijven als: “Wat als....?”
Ik schrijf niet bij mijn verhaaltjes onder welke categorie ze vallen. Waarom zou ik? Ik vind het leuk om ze te schrijven en veel mensen vinden ze leuk om te lezen. Sommige mensen worden erdoor geraakt of het zet ze aan tot nadenken. Er dreigde ook wel een discussies te ontstaan, maar daar heb ik geen zin in. Het zijn immers mijn zielenroerselen en geen columns in een krant.
Waarom heb ik de afgelopen drie jaar maar acht verhaaltjes geschreven?
Op de eerste plaats raakte ik in januari 2018 mijn ‘muze’ kwijt. Verder schijnt een aantal mensen niet het onderscheid te kunnen maken tussen feit en fictie. Zoals ik al zei, schrijf ik bij de verhaaltjes niet onder welke categorie ze vallen. Had ik het maar wel gedaan. In het voorjaar van 2018 schreef ik een stukje fictie waar ik een hoop gezeik over heb gekregen, waardoor het plezier in het schrijven flink afnam. Dat verhaaltje is ook niet meer op de site terug te vinden.
Om onduidelijke redenen moest ik gaan studeren. Daardoor kreeg ik minder tijd om te schrijven. Bovendien moest ik voor de studie ook schrijven en als iets moet, is de lol eraf.
De tien maanden dat ik met een burn-out thuis heb gezeten en zéér beslist ook wat daarvan de oorzaak was, werkten ook niet in het voordeel van mijn creativiteit.
Als laatste wil ik de gebeurtenissen in 2020 noemen. Uiteraard had ik daar mijn gedachten, meningen en ideeën over. In Eten en etymologie kun je lezen waarom ik er niets over heb geschreven.
Dat brengt mij bij het medium Facebook. De stompzinnigheid die ik daarop tegenkwam, tart elke beschrijving. Ik ergerde me groen en geel. Toch heb ik me een paar keer laten verleiden te reageren. Dom.
Midden november besloot ik mijn Facebookpagina niet meer te openen. Na twee weken merkte ik al dat dat bij mij voor veel rust zorgde. Ik lees nog wel de persoonlijke berichtjes die via de Messenger-app binnenkomen, maar daar blijft het bij. Ik heb gespeeld met de gedachte om helemaal te stoppen met Facebook, maar de meeste lezers van mijn stukjes doen dat via Facebook. Al kun je je via de Home-pagina van mijn site abonneren.
Zo..., dat ben ik even kwijt. De beste wensen voor 2021 en dat we maar snel weer naar een kroeg mogen.
Categorie: frustratie / gedachten ;-)
Comentários